Voorlezen

In de klas van Juf Marieke zitten een paar kinderen uit een taalarme omgeving. Juf Marieke weet dat juist deze kinderen tijdens het interactieve voorlezen stil blijven en daardoor ook snel worden overgeslagen als de leerkracht vragen stelt. Zelf is ze alert op deze kinderen en bereidt ze het voorlezen voor juist ook met het oog op deze kinderen. Ze kiest boeken die verhalen en thema’s bevatten die aansluiten op de belangstelling van deze kinderen. Daarnaast selecteert ze woorden uit de boeken die ze zal gaan voorleggen en toelichten. Vandaag leest ze voor uit een boek over heksen die op bezems vliegen, De woorden heks, vliegen en bezem staan centraal en zal ze koppelen aan andere woorden. Later op de dag zal ze die woorden ook weer in een andere context aan bod laten komen, zoals bij het naspelen van een spelscenario uit het verhaal.

Op basis van Lees me voor, leer me woorden in De Wereld van het Jonge Kind, 10, 18-22


Gerelateerde praktijkvoorbeelden

Previous
Previous

Samen spelen